Dutch Fluency

Course Content
Module 1: Kennismaken
Module 1: Kennismaken en Persoonlijke Informatie - Jezelf voorstellen - Persoonlijke gegevens delen - Nationaliteiten en talen - Beroepen en hobby's
0/3
Module 2: Boodschappen en Eten
Module 2: Boodschappen en Eten - Op de markt - In de supermarkt - In het restaurant - Nederlandse gerechten
0/3
Module 3: Vervoer en Reizen
Module 3: Vervoer en Reizen - Openbaar vervoer - De weg vragen - Op het station - Op Schiphol
0/2
Module 4: Gezondheid
Module 4: Gezondheid - Bij de dokter - In de apotheek - Lichaamsdelen - Klachten en symptomen
0/2
Module 5: Wonen en Werken
Module 5: Wonen en Werken - De woning - Op kantoor - Solliciteren - Nederlandse werkcultuur
0/1
Module 6: Eindtoets
Nederlandse Taalcursus A1 – Dagelijks Leven (free)

Bij de Dokter

Belangrijke woorden en zinnen voor een doktersbezoek.

Lichaamsdelen:

Nederlands Engels
het hoofd head
de arm arm
het been leg
de buik stomach/belly
de rug back
de keel throat
het oor ear
het oog eye

Veelvoorkomende klachten:

  • Ik heb hoofdpijn – I have a headache
  • Ik heb koorts – I have a fever
  • Ik ben verkouden – I have a cold
  • Ik heb keelpijn – I have a sore throat
  • Ik voel me niet lekker – I don’t feel well
  • Ik ben misselijk – I feel nauseous
  • Het doet pijn – It hurts

Bij de dokter – nuttige zinnen:

  • Ik wil graag een afspraak maken – I would like to make an appointment
  • Wat zijn uw klachten? – What are your complaints?
  • Sinds wanneer heeft u deze klachten? – Since when do you have these complaints?
  • Doet dit pijn? – Does this hurt?
  • U heeft een recept nodig – You need a prescription
  • Neem drie keer per dag een pil – Take a pill three times a day
0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop